Use the buttons to browse through the AA articles archive or to find out more about the newspaper and distribution.
4/9/2024 / Issue #056 / Text: Aja Waalwijk

In memoriam Hans Plomp (1944-2024)

Op 6 augustus overleed dichter en activist Hans Plomp in Ruigoord door euthanasie te plegen na een ziekbed van enkele maanden. Rondom zijn huis zaten en stonden vrienden en vriendinnen doodstil opgesteld, om elkaar na de klaroenstoot die zijn heengaan aankondigde, in de armen te vallen.

Dorp te kraak’ was de titel van een pamflet dat begin jaren 1970 in de Nieuwmarktbuurt verspreid de aandacht op Ruigoord vestigde, nadat een van de slopers bekend maakte dat er daar onnodig huizen werden afgebroken. Het zette Hans Plomp en Gerben Hellinga ertoe aan de stap te maken en onder leiding van Kees Wolvers tot kraken over te gaan. Er was een half jaar daarvoor al een drietal huizen gekraakt door onder andere Eljakim Borkent. Vanwege de status van de kunstenaars werd het landelijk nieuws.

Hans gaf inhoud aan het in 1973 gekraakte dorp, door er jarenlang het gesproken woord, naast de beeldende kunst een centrale plaats toe te bedelen.

De maandelijkse manifestatie ‘Het woord in Ruigoord’, eens aangevangen door Ruigoordbewoner Rob van Tour, groeide dankzij Hans, in samenwerking met Yvonne van Doorn-Mousset en bijgestaan door Gerben Hellinga, uit tot een van de culturele manifestaties van het dorp, met als jaarlijks hoogtepunt het dichtersfestival Vurige Tongen.

Door Gerben en Hans kreeg Ruigoord een literaire status. Bij de meeste culturele kraakpanden speelden vooral beeldende kunst en muziek een rol. Poëzie werd in Nederland tot na de tweede wereldoorlog traditioneel in stilte gelezen en niet of nauwelijks voorgedragen. Het waren dichters als Simon Vinkenoog, en met hem de vijftigers die evenals de Amerikaanse Beatpoets als Bill Buroughs en Alan Ginnsburg als performing poets furore maakten. Terugblikkend op de middeleeuwse troubadours stak in de jaren 1960 ‘Poëzie Hardop’ de kop op, met naast Simon ook Johnny van Doorn, Hans Verhagen, Rein Bloem en uiteraard Hans Plomp.

Hans manifesteerde zich ook met Het Dichterscircus, volgens Leo van der Zalm een woordcombinatie van het ogenschijnlijk hele hoge en hele lage. En Hans zette een open podium voor dichters op en nam tot aan zijn dood deel aan de latere open podia bij met name ‘Het Einde van de Wereld’ en in cultureel centrum Zaal 100 en natuurlijk tijdens de eerste Landjuwelen bij  Ruigoord. Het open podium werd evenals Montje Jolings Why Not Kindercircus steevast een onderdeel van de programma’s die het Amsterdams Ballongezelschap tijdens haar reizen kenmerkte, waarbij naast een vaste kern van deelnemers ook lokale zangers, dichters, dansers, acrobaten en musici betrokken waren. 

Hij publiceerde tientallen boeken, waaronder Het Amsterdams Dodenboekje, Brigadier Snuf rookt stuf, Het Innerlijk Bordeel, Open Inrichting, Een Schizofreen Is nooit alleen, De sjamaan spreekt, Gekkenwerk, Aardse betovering, Huize de Slapeloze Nachten, Hans Plomp in India enzovoorts. en samen met Gerben Hellinga het boek Uit je Bol, een gids over druggebruik. Hans hield van blowen en psychedelica en vond als jarenlange voorzitter van de Stichting Legalize dat een Ministerie voor Genotsmiddelen noodzaak was. De hasjbars in Paradiso en de Melkweg zijn mede door zijn toedoen ontstaan. 

Hans introduceerde met het Dichterscircus zogenaamde simultaanpoëzie, waarbij gezamenlijk een tekst op theatrale wijze werd voorgedragen, zoals de Etüde in F van Ernst Jandl. Er waren seances waarbij een tafelblad opsteeg en overleden dichters, of hun geesten tevoorschijn werden getoverd. Hans geloofde in reïncarnatie en in een hiernamaals waarin hij zijn oude vrienden en geestverwanten wederom zou treffen. Hij herinnerde zich als kind al vorige levens en haalde zich eens veel boze reacties op de hals toen hij schreef hoe hij als Jodin in een vernietigingskamp werd vergast.

Tijdens de manifestatie van Berlijn Culturele Hoofdstad in 1988 initieerde Hans een hommage aan Marinus van der Lubbe, de man die in 1934 beschuldigd werd van het in brand steken van de Rijksdag en derhalve door de fascisten ter dood was veroordeeld. Met de bus van het Amsterdams Ballon Gezelschap vertrok een bonte stoet de in 1972 gekraakte UFA-Fabrik, om bij het gebouw van de voormalige Rijksdag aangekomen op de trappen naar de ingang een spektakelspel op te voeren waarbij de groep o.a. bokkiesprong deed over een gymnastiekbok voorzien van de tekst ‘Marinus van der Lubbe’ en ‘Zondebok’. Terwijl de bewakers in paniek naar buiten kwamen gerend, vulde Rudolph Stokvis een weerballon met helium waaronder de ‘Wortel van het Kwaad’ was bevestigd. Binnen een kwartier kwamen van alle kanten politie-auto’s met sirenes aangereden die niet konden voorkomen dat De Wortel van het Kwaad, een van papier-maché gemaakte oranje peen, naar het met radars beveiligde Berlijnse luchtruim opsteeg.

Het vrije en alternatieve circuit heeft veel aan Hans te danken. Zijn geesteskinderen hebben het eeuwige leven.