Use the buttons to browse through the AA articles archive or to find out more about the newspaper and distribution.
8/3/2021 / Issue #035 / Text: Massih Hutak

De solidaire stad

In 2025 is Amsterdam 750 jaar. Dat gaat groots gevierd worden, uiteraard. Maar wat vieren we eigenlijk?

Deze week had ik het hierover met een vriendin, en zij hekelde het dominante narratief van Amsterdam als tolerante stad. ‘De enige context waarin de term tolerantie geoorloofd is, is als het gaat om voeding,’ zei ze. Die theorie deel ik. ‘Solidair’ is behalve een beter woord ook een beter streven.

In essentie is een stad een welkome plek voor iedereen die er woont en voor iedereen die er wil wonen. Op dit moment worden de grootste investeringen, ontwikkelingen en projecten gerealiseerd voor toekomstige bewoners en niet voor de Amsterdammers die al in de stad wonen.

De Solidaire Stad is er één waar huisvesting als universeel mensenrecht wordt gewaarborgd en niet wordt vermarkt tot winstgevende stenen. De Solidaire Stad houdt publieke voorzieningen als schoon drinkwater, afvalverwerking en groenstructuren toegankelijk voor al haar bewoners. De Solidaire Stad beschermt haar biodiversiteit in de breedste zin van het woord. De Solidaire Stad investeert minstens net zoveel in haar huidige bewoners als in de toekomstige. De Solidaire Stad investeert minstens net zoveel in oude stenen als in nieuwe.

In de huidige stad lijken nieuwbouw en hoogbouw heilige gralen, ten koste van het dna van onze stad en haar buurten. En urgenter: ten koste van het welzijn van de Amsterdammers. Onder het mom van de verdichtingsopgave, wat een moeilijk woord is voor ‘bijbouwen,’ dendert de bouwagressie van wijk naar wijk. Je gaat bijna geloven dat nieuwe en vaak dure huizen voor wie eventueel naar de stad wil verhuizen voorrang verdienen boven de huidige bewoners en de huidige huizen, die recht hebben op onderhoud en behoud. Net zoals corporaties met hun ‘grootschalige renovaties’ eigenlijk bedoelen ‘achterstallig onderhoud eindelijk aanpakken en uw huur verhogen, mocht u al een terugkeergarantie krijgen.’

Natuurlijk zijn veranderingen en sociale verschuivingen inherent aan een stad. Maar dat is hier niet het geval. Er vindt op dit moment een grote schoonmaak plaats, waarbij alles wat kwetsbaar is uit de stad moet worden verwijderd. Van dak- en thuislozen tot thuiswonende dertigers en veertigers tot eenoudergezinnen tot huishoudens met lage inkomens en ga zo maar door. Een stad is zo rijk als dat zij zorgt voor haar kwetsbaarste bewoners.

‘Kwetsbaar’ is nóg zo’n ingewikkelde term. De mensen die daarmee worden bedoeld in mijn buurt zijn dezelfde mensen die tijdens de pandemie de grootste kracht uitstralen en uitdragen naar andere bewoners die net als zij genadeloos hard worden geraakt. Hulp en zorg worden hier georganiseerd langs de lijnen van menselijkheid en liefde. Onze stad is niks zonder deze solidariteitsnetwerken.

Ik hoop dat we over vijf jaar vieren hoe rijk onze solidariteit is. En niet hoe duur ons vastgoed is geworden. Want dan zijn we onherstelbaar arm.

 

Dit artikel is eerder gepubliceerd in het Parool, 22-10-2021