Use the buttons to browse through the AA articles archive or to find out more about the newspaper and distribution.
3/11/2020 / Issue #033 / Text: Jaap Draaisma

Boekbespreking Woonwerkpand Tetterode
Zeggenschap zonder bezit
Uitgegeven in Eigen Beheer – september 2020

40 jaar collectief beheer. Het kan, samen – als collectief – een pand ontwikkelen en runnen. En dan niet even, maar liefst 40 jaar. En dan niet een klein pandje, maar een gigantische voormalig fabriekscomplex met meer dan 150 bewoners en gebruikers: En dan vrijwel alles: financiën, onderhoud, huurcontracten, toelating, verbouw en meer.

In een prachtig boek vol mooie foto’s beschrijven een groot aantal mensen uit het voormalige kraakpand Tetterode in Amsterdam Oud West hoe zij dit gedaan hebben en nog steeds doen. In een hele reeks persoonlijke verhalen komen de bijna 40 jaar sinds de kraak voorbij: de koude winters zonder verwarming, het zelf bouwen van de ruimtes, de werkplaatsen, de sociale organisaties in het pand (zoals de Bijstandsbond), de ideële lhbt disco De Trut, de financiële commissie, de pandvergadering, de kinderen, de kunstenaars. En als een rode draad: de principes en de praktijk.

 

Verplicht leesvoer voor iedereen die vanuit sociale idealen met een collectief een pand wil ontwikkelen en runnen; die wonen, werken, sociale en publieke activiteiten in een pand wil realiseren; die alles zelf en samen wil doen, ook in de toekomst. Dat is heel pittig, maar het boek laat mooi en op een inspirerende manier zien dat het kan.

Tetterode als voorbeeld?
Het komt in de huidige tijd, waarin de stad onbetaalbaar is geworden, wachttijden voor sociale huur minimaal 12 jaar zijn en er alleen tijdelijke huurcontracten worden verstrekt nogal wrang over, zo’n oproep van “doe als wij, maak ook een alternatieve woon- en werkgemeenschap”.

Hoe realistisch is dat?

Kraken is sinds 2010 verboden. Je kunt nog wel kraken, maar dat je een groot pand kunt vasthouden en legaliseren kun je vergeten. Wooncoöperaties zouden het antwoord moeten worden. Wethouder van Doorninck noemt in haar artikel in het boek Tetterode dan ook als voorbeeld voor de wooncoöperaties, waar betaalbaarheid en zelfbestuur vorm krijgen. Projecten als De Warren (IJburg) en Bajesdorp, die nu ontwikkeld worden, laten zien dat het ook opgepakt wordt. Het realiseren van een dergelijk project is echter ontzettend moeilijk; het vergt enorm veel tijd, kennis, netwerken en doorzettingsvermogen. Dat is voor heel veel (de meeste?) mensen niet weggelegd. En dreigt het daarmee niet nogal elitair te worden?

 

Dat het niet makkelijk was om Tetterode te realiseren blijkt uit vele verhalen in het boek. Het voordeel toen was dat je in een kraakpand als Tetterode de tijd had om het in de praktijk leren; om er in de loop van de jaren in te groeien. Vandaag de dag moet je het naast je werk of studie doen, zonder dat jouw toekomstige pand er is en misschien wel helemaal niet doorgaat.

Is het voor de grote groep mensen die niet hoog opgeleid zijn, niet het goede netwerk, ander of geen werk hebben, überhaupt realistisch om lid te worden van zo’n wooncoöperatie?

Vergroten dit soort initiatieven – als je niet oppast - de ongelijkheid niet verder?

Een coöperatie is alleen voor de coöperanten, de leden. Die zoeken de mensen uit die mee mogen doen. Maar hoe zorg je ervoor dat je dan toegankelijk bent voor mensen die nergens aan de bak komen? Marien de Lange, bestuurder van woningcorporatie Stadgenoot – eigenaar van het casco van Tetterode - hamert in zijn artikel in het boek hier ook op: de publieke zaak waarbij iedereen, ook diegenen die het zelf niet redden (officieel) gelijke kansen heeft versus het eigen belang van de coöperatie.

Ambivalente Successtory
Het Tetterode boek is vooral een successtory. De teneur: het was zwaar maar nu draait het lekker. De problemen en botsingen die bij zo’n project horen worden slechts aangestipt: dat de betrokkenheid en inzet van veel bewoners en gebruikers erg tegen valt, dat veel werk op de schouders van een paar mensen terecht komt, dat vrijwillige inzet afgekocht kan worden. Het zijn de bekende problemen van elk collectief sociaal project.
Van buiten gezien is Tetterode voor velen een gesloten kunstenaarsbolwerk waar voornamelijk ouderen uit de jaren ’80 wonen. Mensen die het nu goed voor elkaar en met elkaar hebben. Waar jongeren nauwelijks tussen komen. In het boek wordt niet duidelijk of er vaak of zelden nieuwe bewoners bijkomen. Wel lezen we dat er een aantal bewoners docent zijn op kunstopleidingen.
Uit het boek krijg je de indruk dat Tetterode een open, toegankelijk pand is. Want op zondagavond kun je hier naar De Trut en soms is er een cultureel evenement. Wat het pand nog niet toegankelijk maakt. Terwijl het zo’n prachtig pand is met een machtige schoorsteen op de binnenplaats.

 

Zeggenschap zonder bezit?
Anders dan veel andere gelegaliseerde kraakpanden en de wooncoöperaties is het gebouw Tetterode geen collectief bezit. Woningcorporatie Stadgenoot is eigenaar van de buitenkant van het gebouw (het “casco”) en de huurdersvereniging is eigenaar van de “inbouw”. Een constructie die heel weinig voorkomt; Paviljoen 1 en 2 op het WG-terrein in Amsterdam en De Grote Broek in Nijmegen hebben dezelfde opzet. Bestuurder Marien de Lange van Stadgenoot is duidelijk niet tevreden met de situatie: in zijn artikel in het boek gaat hij er met gestrekt been in en eist bijna dat hij de zeggenschap op het pand terugkrijgt: hij wil controleren wie er wonen en met tijdelijke huurcontracten gaan werken. De toekomst zal uitwijzen of de “zeggenschap zonder bezit” kwetsbaar is.

Tetterode als gentrifier
Net zo als andere panden met een kraakgeschiedenis (OCCII of OT301 zijn voor de hand liggende voorbeelden) is Tetterode onderdeel van de heftige gentrificatiegolf in Oud-West. Dit is geen kwade wil maar wel heel pijnlijk. Roel Griffioen, onderzoeker naar kunstenaars en gentrificatie, wijst hierop in zijn bijdrage in het boek: “De tragiek van de tegencultuur van destijds” noemt hij het. In plaats van een bastion voor een eerlijke en rechtvaardige wereld die deze panden graag willen zijn, zijn ze nu - tegen wil en dank – “stroomversneller geworden van de gentrificatie” van Oud West. “Daar kun je helaas weinig aan doen”, schrijft Griffioen. In Oud-West is de gentrificatie voor een groot deel mogelijk gemaakt doordat Stadgenoot, de eigenaar van (het casco van) Tetterode, al meer dan 20 jaar, tot vandaag de dag, sociale huurwoningen op de markt gooit. Eenmaal verkocht weet de vrije markt er wel raad mee. In Oud West is hier verzet tegen, onder andere door de bezetting van te verkopen woningen. Tetterode speelt hier helaas geen rol in.

Tetterode laat zien dat het anders kan. Goedkope woon- en werkruimte midden in de stad. Dat is inspirerend. Maar voor mensen van nu met vergelijkbare idealen is dat nauwelijks te herhalen. Het blijft wel de moeite waard om het te blijven proberen, op wat voor manier dan ook.

Het boek te koop bij verschillende boekhandels in Amsterdam.
Verkoop punten